Overzicht van artikelen uit de jaarboeken "West-Friesland Oud & Nieuw" (WFON) die momenteel op deze website staan.
De laatst toegevoegde artikelen staan bovenaan, de rest staat op chronologische volgorde.
Schellinkhout in en Schellinkhout uit (C. Koeman / D. Nieuwpoort, WFON 1963, pagina 194-195)
In de loop van een onderzoek betreffende het Andijker geslacht Tensen bleek mij dat in de tweede
helft van de vorige eeuw verscheidene Tensens in Schellinkhout woonden. Dit zou op zichzelf niets
bijzonders zijn; het bijzondere ligt meer in het feit dat er thans geen Tensens meer te vinden zijn.
Gezeten boeren in een mooi, gunstig gelegen en welvarend dorp gaan er als regel niet zo gemakkelijk
toe over van woonplaats te veranderen; integendeel, meestal blijft hun naam jaren-, veelal eeuwenlang
in gemeente- en kerkregisters voortbestaan. Niettemin is het zo, dat alleen ouderen zich nog Schellinkhouter
Tensens herinneren. Het enige wat ik zelf daar nog aantrof was een - overigens prachtige - foto van
drie dames Tensen, keurig getooid met kap en dek ...
(lees verder)
Jonkheer Pieter Opperdoes Alewijn: een 19e-eeuwse Westfriese
volksvertegenwoordiger (Pim Brieffies, WFON 1977, pagina 104-107)
Pieter Opperdoes Alewijn werd op 21 april 1800 op de Zeedijk te Hoorn geboren uit het huwelijk tussen mr. Frederick
Alewijn de Jonge en Margaretha Christina Opperdoes. Evenals zijn vader was hij bij de belastingdienst werkzaam.
De akte van het huwelijk dat hij op 30 mei 1828 in Enkhuizen sloot met jonkvrouwe Cornelia Eva Wilhelmina Snouck van
Loosen vermeldt als beroep controleur der rijksbelastingen in Hoorn. Ook in het bekleden van vooraanstaande openbare
funkties zou hij het voorbeeld van zijn vader volgen. Behalve lid van de gemeenteraad van Hoorn (1830-1868) was
Opperdoes Alewijn van 1840 tot zijn dood vertegenwoordiger van het kiesdistrict Hoorn in de Provinciale Staten.
(lees verder)
Het Kadaster, een bescheiden hulp voor genealogen (WFON 1988, pagina 155-161)
Voor het verzamelen van zoveel mogelijk details uit de geschiedenis van het straks 700-jarige Medemblik ben ik vaak
in de studiezaal van het Streekarchief voor Westfriesland te Hoorn en ik verheug mij steeds weer, als ik zie dat
zovele streekgenoten van dit Streekarchief gebruik maken.
(lees verder)
De Breebaarts en de Waard- en Groetpolder (WFON 1982, pagina 21-24)
Uittreksel uit de notulen van het Departement tot Nut van het Algemeen te ANDIJK, opgericht 14 september 1835.
VERGADERING op 6 februarie 1839
Slechts één der leden: G. de Vries was afwezig; daarentegen was de vergadering, behalve met een zeer
talrijke vrouwenschaar, vereerd met de tegenwoordigheid van de volgende gasten: de Heeren Pijl en Vermande uit
Medemblik, B. Imming, De Veer en R. R. Mantel van Andijk, P. Bakker en P. Bakker Dz. van Westwoud, J. Pels van Wognum
en L. Breebaart uit Wervershoof.
(lees verder)
Het molenmakersbedrijf Poland: een ambachtelijke traditie van 130 jaar in
Heerhugowaard (WFON 1995, pagina 58-66)
Een bekende naam in de molenwereld: molenmakersbedrijf Poland te Heerhugowaard. In Noord-Holland
is een vijftal molenmakersbedrijven overgebleven. Poland is een van de oudste, zo niet het oudste. Dirk
Poland legde in de vorige eeuw een stevig fundament voor het familiebedrijf waarin thans de vijfde
generatie actief is.
(lees verder)
Venhuizer Jan Rood (1825-1901) eerste van zes generaties bakkers Rood (WFON 1996, pagina 60-73)
'Sinds 1881' vermeldt het uithangbord van bakker Jos Rood (35) bij zijn zaak in Heerhugowaard. Dus
115 jaar bakker Rood in deze sterk verstedelijkte plattelandsgemeente. Reden om een duik te nemen
in de historie.
(lees verder)
Medemblikker magistraten: 1700-1795 (WFON 1992, pagina 94-100)
Medemblik is een van de oudste nederzettingen van West-Friesland. Al in
899 werd ze vermeld in een lijst van de goederen van de Utrechtse bisschop.
Floris V bouwde er na zijn overwinning op de Westfriezen een slot en verleende
Medemblik in 1289 stadsrechten.
(lees verder)
Schoolmeesters en hun salarissen aan het eind van de zestiende eeuw (WFON 1972, pagina 69)
Wie bij genealogisch onderzoek blijkt af te stammen van een voorvader, die het ambt van schoolmeester
uitoefende, bekruipt in de meeste gevallen een gevoel van onmacht: schoolmeesters behoorden in vroeger
tijden tot een zeer vlottende bevolkingsgroep en dit bepaald niet uit weelde.
(lees verder)
Enkele bijzonderheden uit het leven van Gijsbertus Blankendaal,
chirurgijn te Noord-Scharwoude van 1714-1722 (WFON 1975, pagina 113-116)
Op 20 maart 1714 kocht Gijsbertus Blankendaal, chirurgijn te Oudkarspel, een huis en erf bij de Mosselbrug te
Noord-Scharwoude. Zijn vader, Gerrit Blankendaal, had eveneens het beroep van chirurgijn te Oudkarspel uitgeoefend
en was omstreeks 1712 overleden. Hoewel het voor de hand lag dat deze zoon aldaar de praktijk zou voortzetten, blijkt
uit latere stukken dat hij zich in 1714 als chirurgijn te Noord-Scharwoude vestigde.
(lees verder)
Gerrit Dirkse Spijker, de schoolmeester van Oostwoud 1759-1841 (WFON 1962, pagina 116-124)
Wat zal men te Oostwoud van deze man hebben gezegd? Dat het een echte 'deurdraaier' was? Wij weten het niet, maar wel
kennen wij, door toevallige omstandigheden, vele intieme gegevens van deze man, en fraai is het niet!Over de familie
Spijker,. die vooral op het platteland in onze omgeving goed bekend is, zijn wij uitstekend ingelicht door het onderzoek,
een 20-tal jaren geleden, van de waterbouwkundige Pieter Spijker Kzn, toen te Sliedrecht woonachtig.
(lees verder)
Westfriese families (WFON 1971, pagina 103-107)
Thans zijn wij bezig met de voorbereiding van de 12e jaargang van het blad Westfriese Families; van de uitgave Westfriese
Geslachten is dezer dagen nummer 9 verschenen. Wij - dat is de Kommissie voor Westfriese Genealogie en Namenkunde van het
Historisch Genootschap Oud West-Friesland.
De redaktie van de jaarlijkse Bundel van het Genootschap vond het gewenst een overzicht te geven van de opgedane ervaringen
en van de verwachte mogelijkheden: kortom van alles, wat wij hebben ondervonden en wat wij ons, op grond daarvan, in de
komende tijd voorstellen.
(lees verder)
'Meister' Hammes uit Andijk: een dorpsdokter in de vorige eeuw (WFON 1981, pagina 8-11)
Hoewel hij de titel arts mocht voeren en dus voor dokter had gestudeerd werd hij altijd 'meister' genoemd. Dat was
in de jaren toen de dorpsdokter nog 'meester chirurgijn' was. Hij was dan lid van het Cosmas en Damianusgilde en
had daarvoor een 'meesterproef' afgelegd. 'O, meester zurezijn,
verlos mij van de pijn!'
Onze voorvaderen liepen niet zo gauw naar de dokter. Een doktersrekening was elk Nieuwjaar een onwelkome verrassing!
Zij hielden zich maar liever aan het oude recept: 'Houdt het hoofd koel, de benen warm en het lijf open,
Dan kun je alle dokters laten lopen.'
(de laatste regel met variaties).
(lees verder)
Zeven generaties Lammerschaag boeren op dezelfde plek (WFON 1998, pagina 36-46)
Lammerschaag. Een bekende naam in Koedijk. Al in de zeventiende eeuw worden er Lammerschagen
genoemd in dit dorp dat toen gelegen was aan de Rekere, de vroegere veenrivier die de scheiding
vormde tussen de gewesten West-Friesland en Kennemerland. In die tijd waren de Lammerschagen
op Koedijk meestal schipper. In latere eeuwen verdienden de nazaten er hun brood als landbouwer.
(lees verder)
De hoeve van twee boeren-burgemeesters van Grootebroek (WFON 2003, pagina 90-94)
Van buiten valt het nauwelijks op, het bovenlicht van de sierlijke voordeur van de stolp Zesstedenweg
214 in Grootebroek. Van binnen des te meer. Vooral als het middagzonnetje er door schijnt. Het glas
heeft het wapen van Grootebroek als afbeelding, zoals ook de tekst aan de gangzijde van het bovenlicht
aangeeft. Dit is een van de herinneringen aan twee van de vroegere bewoners van het rijksmonument:
Simon Prins en zijn vader Klaas Prins. Beiden waren boer én burgemeester van Grootebroek.
(lees verder)