Kwartaalbladen » 1954-1966 (jaargang 5, 1964) » No. 1 » pagina 139-141
Wie grasduint in de historie van het platteland in ons gewest, treft
slechts schaarse bronnen aan. Mogelijk juist daarom is het aantrekkelijk
om deze bronnen te bestuderen en het ontbrekende aan te vullen met de,
veel moeilijker te bereiken, geschreven bronnen, de archivalia.
Bij onze pogingen trof altijd de zeer belangrijke plaats die de
schoolmeester in de dorpsgemeenschap heeft ingenomen. Deze plaats is zo
groot en zo algemeen voorkomend, dat wij met klem beweren dat de huidige
gelijkstelling in ontwikkeling van stad en platteland voor het
allergrootste deel is te danken aan Westfrieslands' schoolmeesters. De
ouderen onder ons kunnen zonder moeite er meerderen opnoemen die wijd en
zijd bekendheid genoten. Op de begraafplaatsen kan men in tal van dorpen
monumenten aanwijzen, die dankbare oud-leerlingen voor hun schoolhoofd
hebben doen oprichten.
Zo omstreeks de eeuwwisseling, toen de algemene ontwikkeling van de
doorsnee plattelander nog gering was - meer dan gewoon lager onderwijs
kwam vrijwel niet voor - was 't de schoolmeester, in de regel het
schoolhoofd, die naast zijn dagtaak de avondschool leidde, die het
plaatselijke zangkoor in zijn greep had, secretaris was van het
"Nut", van de rundveefokvereniging, van de boerenleenbank. 's
Zondags was hij voorzanger in de dorpskerk. In de wintermaanden gaf hij
land- en tuinbouwcursussen, in de zomer verzorgde hij de proefvelden.
Begaafde leerlingen werden door hem klaargemaakt voor Normaalschool of
H.B.S.: die het goed konden doen betaalden twee kwartjes per les, de
anderen betaalden niets. Hij was vergroeid met het dorp en bleef er
meestal ook zijn leven lang.
Een van de vooraanstaanden is Meester Ruyterman geweest. Als
verslaggever voor de plaatselijke krant (3 x per week verschijnend!) gaf
hij de eerste stoot tot de oprichting van het Historisch genootschap
door in zijn verslag de verzuchting te uiten hoe jammer het was dat er
geen vereniging bestond om het oude, dat verloren ging, vast te leggen
in woord en daad.
Maar genoeg hierover: in de 14e Bundel (1940) van het Hist. Genootschap
kan men over zijn verscheiden en zijn betekenis voor Westfriesland
meerdere bijdragen aantreffen, van de hand van vrienden en bekenden.
Ter gelegenheid van het 40-jarig bestaan van het Genootschap, willen wij
trachten iets over de familie Ruyterman te vertellen.
Klaas Ruyterman werd geboren te Beemster op 14-3-1864, hij overleed te
Hauwert (Gem. Nibbixwoud) op 21-3-1939 als rustend Hoofdonderwijzer van
de dorpsschool, maar nog steeds actief als centrum van de
dorpsgemeenschap en ver daarbuiten - niet het minst als
secretaris-penningmeester van het Historisch Genootschap. Te Nibbixwoud
was hij op 26-5-1890 getrouwd met Antje Wardenaar, geboren te
Barsingerhorn op 4-4-1862 en te Hauwert overleden. op 31-8-1948; zij was
de dochter van Cornelis Wardenaar en Jannetje Horn, een schaars
voorkomende naam in Barsingerhorn en omgeving.
Klaas Ruyterman was de oudste uit het arbeidersgezin van Cornelis
(bekend als "Krelis") Ruyterman en Antje Kramer; op hem volgde
Dieuwertje, geb. Beemster 30-7-1869 en getrouwd met Kieft (vader van het
onlangs gepensioneerde schoolhoofd van Zwaag), daarna Cornelis, geb.
Beemster 11-7-1875 en ten slotte, geb. 25-9-1878 Gerritje, getrouwd met
Schumacher.
Krelis Ruyterman, geb. Beemster 24-6-1836 was daar getrouwd op 4-5-1862
met Antje Kramer, geb. Beemster 23-10-1839, dochter van Cornelis Kramer,
watermolenaar in de Beemster en Dieuwertje de Vries. Ongetwijfeld was
Cornelis Ruyterman een sterke baas, als boerenarbeider zal hij veel werk
verzet hebben tot op hoge leeftijd, maar desondanks overleed hij te
Beemster op 15-10-1921, 85 jaar oud. Krelis Ruyterman was een zoon van
Klaas Ruyterman en Gerritje Gras. Merkwaardig is dat steeds de nazaten
noordwaarts opdrongen; Klaas Ruyterman was geboren te Purmerend (Wijde
Wormer) en daar gedoopt 23-1-1794; hij trouwde te Wijde Wormer op
18-4-1830 met Gerritje Gras, te Monnikendam geboren op 12-3-1810 en te
De Rijp overleden op 30-7-1868. Klaas Ruyterman overleed te Beemster op
8-10-1877, toen 83 jaar oud. Van zijn 7 kinderen was Krelis de derde en
de eerste zoon; later volgden nog drie zoons, die alle in
Midden-Noordholland hun gezin stichtten en zo is het verklaarbaar dat in
Waterland en in de Zaanstreek nog vele familieleden voorkomen.
De laatstgenoemde Klaas Ruyterman was het 6e kind (van de 9) van
Cornelis Ruyterman en Jannetje Schol. Omdat Cornelis Ruyterman vernoemd
was naar zijn grootvader van vaderszijde werd hij met de bijnaam
"de Jonge" en later veelal Cornelis de Jong genoemd - zijn
kinderen kregen echter de naam "Ruyterman" weer en voortaan
was dit de familienaam.
Dit is vermeldenswaard want Cornelis Ruyterman, alias de Jong, te
Oostzaan gedoopt als zoon van Sijmon Ruyterman en Luwtje Cornelisd.
Harks en getrouwd te Monnikendam, op 12-1-1783 met de Purmerse Jannetje
Schol, boer te Wijde Wormer, droeg voor het eerst de naam Ruyterman.
Zijn vader, Sijmon Ruyterman, noemt zich afwisselend Ruyterman en
Ruyter, maar had daarnaast nog een alias-naam, Sijmon Kee. Te Oostzaan
gedoopt op 5-1-1727 werd hij de zoon genoemd van Cornelis Dirksz. Kee en
Trijntje Dirks Keyser; naar deze grootvader werd de kleinzoon Cornelis
"de Jonge" genoemd.
Achtereenvolgens dragen de oudste generaties dus de namen Kee, Ruyter,
Ruyterman alias de Jong en ten slotte Ruyterman! Oorspronkelijk behoren
ze tot de Oostzaner familie Kee.
© 1954-2024 |
Westfriese Families |
E-mail |
Sitemap
"Die zijn voorgeslacht niet eert, is zijn eigen naam niet weerd."