Jaarverslag over het eerste jaar van de Commissie Westfriese genealogie en Namenkunde van het Genootschap Oud West-Friesland (1955)

Eerder verschenen in Westfrieslands Oud en Nieuw, 23e bundel, pagina 25-26.
Uitgave: Historisch Genootschap "Oud West-Friesland", 1956.

Na verschillende besprekingen in de zomer van 1954 volgde in de nazomer een bespreking te Hoorn met een bestuurslid van de Nederlandse Genealogische Vereniging. Na deze bespreking bleek het niet mogelijk, in West-Friesland een redelijke groep leden te verkrijgen van deze vereniging. Daarna werden besprekingen gevoerd met bestuursleden van het Historisch Genootschap Oud West-Friesland; hieruit kwam de mogelijkheid naar voren, in die vereniging een commissie te vormen waarbij ons doel, een blad uit te geven, voor verwezenlijking vatbaar zou zijn. In het Bestuur van het Historisch Genootschap werd een en ander door mr. P. C. Avis toegelicht; hieruit kwam voort dat omstreeks september 1954 onze commissie werd vastgesteld. De functies werden, voorlopig, als volgt verdeeld:
Voorzitter: Mr. P. C. Avis, Eikstraat 47 te Hoorn. Secretaris, tevens penningmeester: Ir. C. Koeman, Westerblokker 9. Commissieleden: P. Noordeloos, Snoeckstraat 1, Grootebroek; drs. T.R. Mulder, Koepoortsweg 93, Hoorn; P. Kistemaker, Middenweg 53, Andijk.

Inmiddels verscheen in september het eerste nummer van ons blad, genoemd "De Westfriese Families". Na verdere bespreking met het Historisch Genootschap werd de contributie vastgesteld op ƒ 3.- per jaargang, waarbij aan leden van het Historisch Genootschap een reductie van ƒ 1.- werd verleend. Op 27 september 1954 werd in een vergadering te Hoorn de verdere uitgave van het commissieblad besproken; daartoe werd aan het Historisch Genootschap een subsidie gevraagd; het Genootschap heeft ons spoedig daarop een start-subsidie van ƒ 100.- verleend.
Het aantal abonné's nam regelmatig toe, vooral toen het Historisch Genootschap in een rondschrijven aan haar leden het bestaan en de samenstelling van onze Commissie bekend maakte. Ook de plaatselijke pers wees meermalen op het verschijnen van ons blad en op enkele vergaderingen van het Historisch Genootschap werd op het bestaan van onze Commissie gewezen. Regelmatig werden enkele nummers aan adressen gezonden, waarvan wij belangstelling konden verwachten.
Tot 1 januari 1956 zijn, op onregelmatige tijdstippen, zes nummers verschenen, ongeveer 44 bladzijden druks, gestencild door Karssen te Hoorn. De bedoeling is, deze eerste jaargang te besluiten met nog twee nummers; het laatste nummer zal de inhoudsopgave van de zeven eerste nummers vormen.
Tenslotte kan nog worden medegedeeld dat tot 1 januari 1956 zich 120 personen en instellingen op ons blad hadden geabonneerd.

Financieel verslag.
Uit de boekhouding van onze Commissie blijkt, dat gedurende de periode van september 1954 tot 1 januari 1956 ontvangen was een bedrag van totaal ƒ 518.50. Hiervan werd betaald door abonne's ƒ 305.50; aan subsidie werd ontvangen ƒ 100.-; aan giften kwam binnen een bedrag van ƒ 113.-.
De uitgaven bedroegen gedurende diezelfde periode totaal ƒ 194.98, zodat een saldo aanwezig was van ƒ 518.50 - ƒ 194.98 = ƒ 323.52.
Hierbij moet in aanmerking worden genomen, dat in de ontvangsten is begrepen een bedrag van vooruitbetaalde contributie voor jaargang 2 van ƒ 33.-, dat een aantal leden voor de eerste jaargang te veel hebben betaald en dat nog twee nummers moeten verschijnen. Van het saldo is ƒ 205.- gestort op onze rekening bij de Hoornsche Crediet en Effectenbank N.V.
De werkelijke uitgaven, in onderdelen gesplitst, hebben bedragen voor ons blad "De Westfriese Families" ƒ 139.20; voor porti ƒ 23.45 en voor kantoorbenodigdheden ƒ 5.83.

C. Koeman, Secretaris-penningmeester.

Blokker, 15 februari 1956.