Jaarverslag van de Commissie voor Westfriese Genealogie over 1963

Onder de verschillende commissies, welke het 'Genootschap' telt neemt de commissie voor Westfriese Genealogie zeker een aparte plaats in. Immers het eigenlijke werk wordt verricht door Ir C. Koeman, redacteur van 'Westfriese Families', die door zijn grote interesse ten koste van zeer veel tijd een enorme hoeveelheid gegevens aangaande de Westfriese geslachten heeft verzameld. De andere leden hebben slechts tot taak aanvullend werk te verrichten, correspondentie en financiële zaken af te handelen.
Reeds in 1954 voerde onze redacteur besprekingen met amateurgenealogen, wat tot gevolg had de oprichting van de vereniging 'Westfriese Families'.

In 1955 werd er vorm aan het voornemen gegeven tot het stichten van een verenigingsorgaan, dat ook 'Westfriese 'Families' genoemd zou worden.
Omdat inmiddels gebleken was dat als zelfstandige vereniging met een beperkt werkterrein (West-Friesland zonder nauw te trekken grenzen, dus vrijwel Noord-Holland benoorden het IJ), vooreerst geringe belangstelling voor dit onderdeel van de geschiedenis in onze omgeving bestond, werd besloten aansluiting te zoeken bij het Historisch Genootschap 'Oud West-Friesland'. Besprekingen met het bestuur van genoemd Genootschap hadden plaats met als gevolg dat een werkgroep binnen het Hist. Genootschap werd aanvaard, waarbij werd overeengekomen dat een lid van het bestuur van het Genootschap zitting zou nemen in de commissie voor Westfriese Families.
Behalve enige financiële steun van het Hist. Genootschap had deze verbinding tot gevolg dat het Genootschap op allerlei manieren doel en werkwijze van de commissie ging uitdragen. De uitgave van een eigen publicatie begon in 1955 met een gestencild blaadje. Hoewel er gesproken werd van 'jaargangen', bleek het niet mogelijk om elk jaar een jaargang van het blad te doen verschijnen. Vooral niet toen door familieomstandigheden de redacteur, tevens secretaris-penningmeester enkele jaren vrijwel geheel werd uitgeschakeld.
Geleidelijk werden meer eisen gesteld aan de publicaties zowel naar inhoud als vorm. De tweede jaargang verscheen in de jaren 1957 en 1958, voor het eerst in gedrukte- vorm. Na de derde jaargang in 1959 en 1960 kwam er een hapering door de genoemde omstandigheden en tevens door financiële moeilijkheden.
De voortdurende pogingen hierin verandering te brengen hadden eerst geen succes, maar toen in 1963 het bestuur van 'Oud West- Friesland' overwoog om de werkgroep te ontbinden bleek er zoveel belangstelling, dat er een nieuw uitgebreider bestuur kon worden gevonden, waarbij de werkzaamheden zodanig werden verdeeld, dat het blad voortaan regelmatig zou kunnen verschijnen.
Het financiële deel werd 'gesaneerd' door het oude voorgoed af te sluiten en vanaƒ 1963 te beginnen met een contributie van ƒ 4,- voor elk lid-abonné van 'Westfriese Families', terwijl op allerlei wijzen getracht zou worden het aantal leden te vergroten.
Er werd besloten de publicaties te splitsen in het blad 'Westfriese Famlies' dat tenminste 3 x per jaar alle leden zou worden toegezonden, terwijl daarnaast op onregelmatige tijdstippen zouden verschijnen aparte uitgaven in de vorm van een boekje met de behandeling van een bepaalde familie; deze reeks, waarvan er thans twee zijn uitgegeven, werd genoemd 'Westfriese Geslachten'. Tot deze splitsing werd besloten omdat gebleken was, dat het verschijnen van stukken over een.bepaalde familie in verschillende afleveringen van het verenigingsblad minder practisch was.
Het ligt in het voornemen nog voor januari 1965 de vijfde jaargang kompleet te verzorgen, waarna dan regelmatig elk kalenderjaar een jaargang zal uitkomen. Uit verschillende reacties en vragen van leden-abonné's is gebleken, dat er naast onze redacteur meerderen zijn die genealogisch onderzoek verrichten. Het zijn meestal de eigen families waarvan de stamboom wordt uitgezocht, doch wij vertrouwen er op dat meerderen bereid zullen zijn hun gegevens zo nodig tot onze beschikking te stellen.

Het werk in de nieuwgevormde commissie is in het afgelopen jaar op prettige wijze ingezet. Wij hopen tezamen met onze redacteur de woorden van onze voorzitter Mr P. C. Avis, na te streven, waarin deze zegt: 'Het weten over ons voorgeslacht leidt tot een beter inzicht in het hedendaagse leven'.

K. A. Visser-Molenaar Secretaresse